Een beroerte, CVA (Cardio-Vasculair Accident) of herseninfarct wordt in de volksmond ook wel een attaque of hersenattaque genoemd. Het is een aandoening die wordt veroorzaakt door een plotse onderbreking van de bloedstroom naar een deel van de hersenen. De hersenen staan in voor ongeveer 20% van ons zuurstofverbruik en zijn dus heel gevoelig aan zuurstoftekort. Bij het afsluiten van de aanvoer van zuurstof via het bloed ontstaat dan ook vrij snel celsterfte in de hersenen.
Het kan gebeuren dat de bloedstroom in korte tijd vanzelf hersteld alvorens er onherstelbare schade optrad. Dit noemt men een TIA of Transiënt Ischemisch Infarct.
Beroertes zijn wereldwijd de tweede doodsoorzaak.
De oorzaak van een beroerte is meestal het dichtslibben van de slagaders ten gevolge van aderverkalking. Bij aderverkalking ontstaan atherosclerotische plaques in de wand van de slagaders. Deze kunnen afbreken waardoor bloedklonters ontstaan die de bloeddoorstroming volledig kunnen afsluiten: trombose. Ook kunnen deeltjes afbreken en meegesleurd worden met de bloedstroom om op een andere plaats in het lichaam een kleine slagader af te sluiten. Dit noemt men een embolie.
Een andere oorzaak van een beroerte is een hersenbloeding. Men noemt dit een hermorrhagisch infarct. Ongeveer 10 tot 15% van alle herseninfarcten zijn van dit type.
De symptomen van een herseninfarct zijn een gevolg van hersenschade en zijn sterk afhankelijk van het deel van de hersenen dat aangetast is.
Soms treedt een stil infarct op: hoewel er hersenschade is gaat het onopgemerkt voorbij.
De zenuwuitval kan in alle delen van het lichaam optreden en een herseninfarct kan zowat alle denkbare zenuwsymptomen veroorzaken. Vaak ziet men één of meer van de volgende verschijnselen:
Als men tijdens het klinisch onderzoek en de ondervraging van de patiënt neurologische symptomen vaststelt die kunnen wijzen op een beroerte zal men bijkomende diagnostische testen doen.
Op een CT scan of een MRI scan van de hersenen kan men de gevolgen van het infarct waarnemen.
De behandeling van een trombotisch herseninfarct is anders dan van een hermorrhagisch infarct.
Bij een trombotisch infarct zal men alles in het werk stellen om de bloedklonter op te lossen of te verwijderen. Dit kan door medicatie toe te dienen die de bloedstolling tegengaat. Er bestaan tegenwoordig ook technieken om de bloedklonter te verwijderen via een catheter.
Bij een hersenbloeding is dit tegenaangewezen: de bloeding moet juist zo snel mogelijk gestopt worden door de bloedstolling.
Na een herseninfarct wacht vaak een lange revalidatie waarbij men zal proberen de patiënt leren om te gaan met zijn invaliditeit. Vaak zullen eenvoudige taken zoals eten of spreken opnieuw moeten aangeleerd worden.
Ongeveer 3 op 4 patiënten zijn dermate invalide dat ze hun werk niet meer naar behoren kunnen uitvoeren.