De relatie tussen spierfunctie en melkzuurconcentratie begon in 1910 toen de Britse fysioloog John Henry Ryffel (1877-1957) van het Londense Guy's Hospital noteerde dat een duurloop van 12 ronden in een tijd van 2 min 45 het melkzuurgehalte in het bloed verhoogde van 12,5 mg/100 ml naar 71 mg/100 ml en dat de urinespiegels na 17 minuten recuperatie stegen van 4 mg/uur tot 362 mg/uur.
Siegfried Weissbein (1876-1944), hoogleraar fysiologie in Berlijn, publiceerde 'Hygiene des Sports', het eerste leerboek over sportgeneeskunde, dat eigenlijk een verzameling was van de 32 lezingen die gehouden werden op de conferentie met dezelfde titel.
Het boek behandelde de effecten van sport op de verschillende organen en de vereiste eerste hulp bij opgelopen blessures.
In de bijdrage 'Methodik des Energiestoffwechsels' van de Zweedse Professor fysiologie Johan Erik Johansson (1862-1938) in het 'Handbuch der biochemischen arbeitsmethoden' van de Zwitserse biochemicus en fysioloog Emil Abderhalden (1877-1950) werden op pagina 1157 inspanningstesten in het veld vermeld voor de studie van de menselijke ventilatie.
Het gebruikte toestel was uitgerust met een buisje om tijdens de ademhaling luchtstalen te kunnen afnemen.
Meerdere vooraanstaande fysiologen waren in de reacties van het menselijk lichaam geïnteresseerd op inspanning waarbij uithoudingsvermogen, kracht, hoogte, warmte en koude een rol speelden. Bijgevolg werden soldaten, atleten, piloten en bergbeklimmers bestudeerd.
In de Verenigde Staten werd een dergelijk onderzoek voor het eerst uitgevoerd aan het Carnegie Nutrition Laboratory in de omgeving van Boston.
Via het Carnegie Institute van Washington publiceerden de Amerikaanse fysiologen Francis G. Benedict (1870-1957) en Thorne M. Carpenter (1878-1971) 'Respiration Calorimeters for Studying the Respiratory Exchange and Energy Transformations of Man', een prachtige beschrijving van hun labo.
In 1910 publiceerde de Duitse internist Erich Grafe (1881-1958), die in Heidelberg assistent was van Professor Fysiologie Albrecht Ludolf von Krehl (1861-1937), 'Das Respirationsapparat'.
Het was een beschrijving van zijn respiratoire kamer, die enkel voor bedlegerige patiënten bestemd was.
Om er een bed onder te rollen kon de deksel ervan makkelijk opgeheven worden.
In 1909 had hij al een respiratie-apparaat beschreven waarbij het toestel het hoofd en de schouders van de patiënt bedekte.
Beide apparaten werden volgens het open-circuit principe geventileerd en een staaltje uitgeademde lucht werd op koolstofdioxide en zuurstof geanalyseerd. In de kleine open-circuit kamer pasten de zijkanten in een waterdichting in de vloer, er was geen deur voorzien omdat de hele kamer kon opgeheven worden voor het binnenlaten van de patiënt. De ventilatiestroom werd door een mechanisch roterende natte-gas meter verzekerd.
De Narragansett Machine Company uit Providence, Rhode Island startte de productie van stevige en betrouwbare indoor roeimachines, die vrij vlug hun weg vonden naar de universitaire campussen, waar de roeiers ze buiten het seizoen gebruikten voor hun trainingen.
In het 'Etablissement Thermal des Baignots' aan de voet van de Franse Pyreneeën paste men fysiotherapie toe met fango.
De Raad van de British Medical Association adviseerde dat schooljongens die aan zwemmen, roeien, boksen en veldlopen deelnamen, medische onderzoeken moesten ondergaan.
De Canadees-Amerikaan Daniel David Palmer (1845-1913) praktiseerde zonder relevante opleiding als 'magnetische genezer en autodidactische manipulatieve chiropractische therapeut'.
De bekende Amerikaanse journalist Henry Louis Mencken (1880-1956) beschreef hem in 1924 als een kwakzalver, die voortborduurde op het werk van de Amerikaanse arts osteopaat Andrew Still (1828-1917).
Zijn zoon Bartlett Joshua Palmer (1881-1961) gaf het beroep van chiropractie zijn moderne vorm, hoewel het zijn vader was die de eer kreeg van de oorsprong.