De Amerikaanse arts C. Ward Crampton (1877-1964), directeur fysieke training en hygiëne in New York City, publiceerde in 1905 het artikel ‘A Test of Condition’ in Medical News. Pogingen om de lichaamsconditie te beoordelen vormden bij de eeuwwisseling een belangrijk aspect van de ‘lichamelijke opvoeders’, onder wie heel wat artsen.
In het Britse Harrogate werd een instituut geopend, waar aan hydromassage werd gedaan.
De Duitse sportarts Ferdinand-August Schmidt (1852–1929) met zijn ‘Physiologie der Leibesübungen’ uit 1905, de Duitse Professor hygiëne Ferdinand Hueppe (1952–1938) met zijn ‘Handbuch der Hygiene’ uit 1899 en ‘Zur Sporthygiene’ uit 1906 en de Duitse fysioloog Nathan Zuntz (1847-1920) met zijn uitgaven ‘Studien zu einer Physiologie des Marsches’ van 1901 en ‘Leistungsfähigkeit und Sauerstoffbedarf bei maximaler Arbeit’ uit 1911, leverden mijlsteen-publicaties over de Inspannings- en sportfysiologie en legden daarmee de basis van de sportmedische ontwikkeling.
De 'Société de Kinésithérapie' en de 'Société d'Electrothérapie' associeerden zich om druk uit te oefenen op de medische wetenschappelijke wereld. In augustus 1905 organiseerden ze in Luik hun '1er Congrès International de Physiothérapie', waarvoor zeshonderd artsen inschreven.
In het kader van dit congres was er een tentoonstelling waar ondermeer de door de Zweedse orthopedist Gustav Zander (1835-1920) ontwikkelde toestellen werden getoond.
Uit verschillende landen kwamen op dit eerste congres alle nieuwe fysiotherapietechnieken aan bod: kinesitherapie, mecanotherapie, massage, massotherapie, thermotherapie, aerotherapie, hydrotherapie, crenotherapie, elektrotherapie, elektrodiagnostiek, fototherapie, radiotherapie en radiologie. Het congres onderstreepte ook de problemen verbonden aan het ontbreken van een adequate universitaire medische opleiding van deze verschillende methoden.
Een fietsergometer waarvan het achterwiel vervangen werd door een koperen schijf die tussen het magnetisch veld van twee magneten draaide. De kracht van de magneet kon aangepast worden door de door de spoelen gejaagde hoeveelheid elektriciteit, het principe van een elektrische rem.