De Duitse arts Christoph Wilhelm Hufeland (1762–1836) onderstreepte het belang van fysieke training voor de preventie van ziekten en voor het in stand houden van de gezondheid.
De Amerikaanse arts Shadrach Ricketson (1768-1839) publiceerde in 1806 het boek 'Means of Preserving Health and Preventing Diseases', waarin hij vermeldde dat hij dikwijls mensen zag waarvan de tendens, de situatie of het werk niet toelieten om te oefenen en die daardoor snel bleek, zwak en ziek werden. Hij waarschuwde dat luiheid en luxe meer ziekten creëerden dan arbeid en industrie.
In 1808 beschreven de Britse wetenschappers William Allen (1770-1854) en William Hasledine Pepys (1775-1856) een toestel waarin de proefpersoon via een mondstuk moest ademen. Via handbediende kleppen inspireerde de proefpersoon vanuit een met water afgedichte gazometer en expireerde hij in een met kwik afgedichte gazometer. Hierbij werd enkel de koolstofdioxideproductie en de ammoniumdensiteit gemeten. Het onderzoek was succesvol en beiden publiceerden hun bevindingen in het werk 'On the changes produced in atmospheric air and oxygen gas by respiration'.
De Britse anatoom John Barclay (1758-1826) publiceerde in 1808 ‘The muscular motions of the human body’, waarin hij de spierwerking bij iedere beweging analyseerde, maar ook de toepassingen ervan in de chirurgie.
De Duitse mechanicus en uitvinder Karl Heinrich Klingert (1760-1828) werd wereldberoemd met zijn uitvinding van de duikersuitrusting. In 1810 ontwikkelde hij ook een hulpmiddel voor heilgymnastiek, waarmee men gelijktijdig de armen en benen kon oefenen.