De Duitse atleet Werner Bastians (1957-) finishte met zijn ploegmaats als vijfde in de 4 x 100m op het EK atletiek van 1983 in Helsinki. Op de Olympische Spelen van Montréal liep hij de 100m maar sneuvelde hij in de reeksen. In 1978 werd hij tijdens het Duits kampioenschap tweede op de 100m. In 1978 en 1980 won hij het Duits indoorkampioenschap over 60m, in 1979 over 200m. Nadat hij afstudeerde specialiseerde hij zich in Orthopedische Heelkunde en opende hij een praktijk in Dortmund, waar hij ook clubarts werd van de voetbalclub Borussia Dortmund.
De Nederlander Albert Boonstra (1957-) zwom de 100 en 200m schoolslag evenals de 4 x 100 meter wisselslag op de Olympische Spelen van 1980 in Moskou. Hij werd ook opgeroepen voor de EK’s van 1977 en 1983. Na het behalen van zijn diploma vestigde hij zich als huisarts. Tijdens WK zwemmen van 1991 in het Australische Perth was hij de ploegarts van het Nederlands team.
Anthony Catanese (1957-) begon in 1960 met judo in het Queens Judo Center van Forest Hills, New York en haalde de zwarte gordel vierde dan. Later deed hij ook aan karate en startte hij een eigen judoschool. Hij studeerde af aan de New York Medical School en specialiseerde zich in Urologie. Bovendien behaalde hij de diploma’s Spoedgevallen, Traumatologie en Sportgeneeskunde. Hij vestigde zich als Uroloog in het Somerset Medical Center van Somerville met bijzondere interesse voor Urogenitale Oncologie. Hij trad ook op als wedstrijdarts bij judowedstrijden.
Andrea Hübner (1957-) won voor de DDR de titel 200m wisselslag op het eerste WK zwemmen in Belgrado met een nieuw wereldrecord van 2.20.51. Daaraan voegde ze met de aflossingsploeg 4 x 100m vrije slag eveneens goud toe. Het jaar nadien haalde ze op het EK in Wenen zilver op de 200m wisselslag en twee jaar later stopte ze haar sportieve carrière. Na haar studies Geneeskunde vestigde ze zich als huisarts in Stuttgart.
Viktor Markin (1957-) won de 400m op de Olympische Spelen van 1980 in Moskou in 44.60, een nieuw Europees record. Nadien hielp hij de Russische estafetteploeg de 4 x 400m winnen. Hij onderbrak zijn sportieve carrière om in Novosibirsk Geneeskunde te gaan studeren en specialiseerde zich in Pediatrie. In 1982 deed hij een comeback op het EK, met brons op de 400 en 4 x 400m en het jaar nadien haalde hij met de estafetteploeg goud op het eerste WK atletiek in Helsinki. Omdat Rusland de Spelen van 1984 in Los Angeles boycotte hing hij zijn spikes aan de haak en startte hij een praktijk in Novosibirsk.
Lucky Meisenheimer (1957-) werd door de University of Kentucky geselecteerd voor deelname aan de Amerikaanse NCAA zwemkampioenschappen. Hij kwam echter op bizarre manier in het nieuws nadat hij een halve mijl zwom met een voet in zijn mond. Het zou niet de laatste keer zijn. Hij schreef de novelle 'The Immune' en werd in het Guinness boek opgenomen met zijn record aantal yo-yo’s. Nadat hij in 1983 aan de University of Kentucky College of Medicine zijn studies Geneeskunde voltooide specialiseerde hij zich aan de Medical University of South Carolina in Dermatologie waarna hij een praktijk opstartte in Orlando, Florida, waar hij vanaf 2003 ook diensthoofd werd van de afdeling Dermatologie van het Orlando Regional Medical Center.
De Nederlandse roeister Anne-Marie Quist-Boelens (1957-) finishte op de Olympische Spelen van 1984 in Los Angeles als vijfde met de vier met stuurvrouw en veroverde brons met de acht met stuurvrouw. Nadat ze aan de Universiteit van Utrecht haar diploma had behaald specialiseerde ze zich in Sportgeneeskunde.
Toen William Tan (1957-) uit Singapore twee jaar oud was werd hij het slachtoffer van polio waardoor hij verlamd bleef vanaf het middenrif. Op 15-jarige leeftijd initieerde ex-politieman Wahid Baba, die zelf verlamd was aan de linkerzijde, hem in de rolstoelsport. Hij groeide uit tot een bijzonder atleet en in 1988 verdiende hij selecties voor de Paralympics van Seoel, de Commonwealth Games en de Asia-Pacific Games. Maar de mooiste sportieve prestatie was zijn deelname aan zestig ultra-marathons wereldwijd, waarbij hij achttien miljoen dollar verzamelde voor mensen in nood. In 2005 bracht hij de marathons van New York en Boston tot een goed einde. In april 2007 werd hij de eerste rolstoelatleet die de Noordpool marathon beëindigde, een wedstrijd die een onderdeel was van zeventien marathons in zeven continenten. De hieraan verbonden twee miljoen dollar dienden om gratis medische hulp aan te bieden in ontwikkelingsgebieden waarbij vliegtuigen tot operatiezalen werden omgebouwd. Hij studeerde af aan de Newcastle University en specialiseerde zich in de Neurowetenschappen. In 2009 werd leukemie vastgesteld, maar ook die ziekte overwon hij dank zij zijn wilskracht. Hij brak in 2010 zijn besttijd in de marathon van Berlijn en in 2014 en 2015 legde hij met de rolstoel de 500 kilometer af tussen Londen en Parijs, waarmee hij opnieuw fondsen verzamelde voor onderzoek naar leukemie en lymfoma.