Matthias Brehme (1943-) was een Duitse gymnast die voor de DDR vijf medailles won op Olympische Spelen, WK’s en EK’s, maar ook tien nationale titels binnenhaalde. Op de Spelen van 1968 in Mexico en die van 1972 in München was hij kapitein van het team dat brons haalde. Hetzelfde eremetaal was voor de DDR ook weggelegd op het WK van 1966 in Dortmund en dat van 1970 in Ljubljana. Zelf haalde hij op het EK van 1971 zilver op het paard met bogen. Hij studeerde af in Leipzig en specialiseerde zich in Neurologie en Psychiatrie. Na de val van de muur startte hij een praktijk in zijn geboortestad Markleberg.
Gisela Engelhardt-Weiß (1943-) zwom op de Olympische Spelen van 1960 in Rome de 400m vrije slag en won er brons met de DDR estafetteploeg 4 x 100m vrije slag. Getraind door de Nederlander Johann van Hemsbergen verbeterde ze in 1959 en 1960 vijfmaal het nationaal record 400m vrije slag. Haar 5.01.5 prijkte tot 1963 op de tabellen. In 1963 stopte ze met zwemmen en vatte ze studies Geneeskunde aan. Ze specialiseerde zich in Sportgeneeskunde en begeleidde de Kinder- und Jugendsportschule uit Leipzig tot de val van de muur. Daarna startte ze een eigen revalidatiekliniek.
Csaba Fenyvesi (1943-2015) werd driemaal Olympisch kampioen. In 1968 op de Spelen van Mexico won hij met het Hongaarse team de titel in het degen vechten. Die overwinning werd vier jaar later in München herhaald, maar Fenyvesi voegde er ook de individuele titel aan toe. In 1970, 1971 en 1978 werd hij met de Hongaarse ploeg wereldkampioen. In 1968 studeerde hij af en specialiseerde hij zich in Chirurgie. Hij startte zijn loopbaan in de kliniek van de Hongaarse Spoorwegen, maar in 1974 werd hij oncologisch chirurg en adjunct Professor.
Mária Frank (1943-1992) won op het EK van 1962 in Leipzig de bronzen medaille met de Hongaarse estafetteploeg 4 x 100m vrije slag. Op de Olympische Spelen van 1960 in Rome viel het kwartet met een vierde plaats net naast het podium en raakte de 16-jarige Frank niet door de reeksen 400m vrije slag. Vier jaar later in Tokio strandden de Hongaren in de reeksen van de 4 x 100m vrije slag. Ze studeerde af als arts en werd een gerespecteerde Pediater.
Gail Hopkins (1943-) speelde als profi in de Amerikaanse Major League Baseball meer dan honderd wedstrijden first baseman en catcher bij de Edmonton Oilers, de Chicago White Sox, de Kansas City Royals en de Los Angeles Dodgers. Daarna verhuisde hij naar Japan waar hij uitkwam voor de Hiroshima Toyo Carp en de Nankai Hawks. Hij studeerde af aan de Rush Medical College en specialiseerde zich aan het Loyola University Medical Center in Maywood, Illinois in Orthopedische Heelkunde. Hij opende een eerste praktijk in het Californische Lodi, verhuisde nadien naar Hinsdale, Illinois en Parkersburg, West Virginia.
Gerd Loßdörfer (1943-) kroonde zich in 1966 tot Duits kampioen 400m horden. Op het EK van 1966 in Boedapest eigende hij zich zilver toe. Hij studeerde af in Freiburg en specialiseerde zich in Heidelberg in Orthopedische Heelkunde en Sportgeneeskunde. Hij vestigde zich als orthopedisch chirurg in Mannheim en werd clubarts van voetbalclub SV Waldhof Mannheim, die van 1983 tot 1990 in de Bundesliga speelde.
Waterpolospeler Wim Mosterd (1943-), was een van de sporters die door de beslissing van het NOC in 1956 verplicht moest thuis blijven van de Spelen in Melbourne. Aanleiding voor de Nederlandse boycot was de inval van de Sovjet-Unie in Hongarije. Wim Mosterd was begin november met het team in Vlaardingen aan het trainen. In die tijd waren er nog geen overdekte 50m-baden en daarom werd waterpolo enkel in de zomer gespeeld. Om zich toch voor de Spelen te kunnen voorbereiden werd het openluchtbad verwarmd met een stoomlocomotief. Mosterd had met zijn zevental goede medaillekansen. Later ging hij nog vijf keer naar de Olympische Spelen. Op de Spelen van 1964 in Tokio en die van 1968 in Mexico maakte hij deel uit van de medische staf van de Nederlandse ploeg. Tussen 1988 en 1996 was hij op de Spelen drie keer lid van de medische commissie van de internationale zwembond FINA. Hij studeerde af als arts maar specialiseerde zich in Cardiologie en werd bondsarts voor de KNVB waar hij Johan Cruijff begeleidde. In 1988 werd hij de eerste hoogleraar Klinische Sportgeneeskunde.
Heinz-Ulrich Walther (1943-) werd in 1962 en 1964 DDR-kampioen kunstschaatsen met zijn toenmalige partner Brigitte Wokoeck (1946-), waarmee hij in 1962 en 1963 zesde en achtste werd op het EK en in 1964 zevende eindigde op de Olympische Winterspelen van Innsbruck. Na die Olympiade scheidden hun wegen, Walther schaatste verder met Heidemarie Steiner (1944-), met wie hij zich in 1966, 1967, 1969 en 1970 tot Oostduits kampioen kroonde. Op de EK’s van 1967, 1968 en 1970 behaalde het duo brons en in 1970 hetzelfde eremetaal op het WK in Ljubljana. Op de Olympische Spelen van 1968 in Grenoble vielen ze met hun vierde plaats net naast het podium en in 1969 huwden ze met elkaar. Walther studeerde af aan de Charité Universität van Berlijn en specialiseerde zich in daar in Orthopedische Heelkunde.